Ja ja, wat een oude taaie! Hoewel hij in 2008 bijna dood was, is hij inmiddels stokbejaard. Maar nog steeds superlief ❤️. Op naar de 21!
Terug van weggeweest
Na een weekje vakantie in Montpellier (heerlidepeerli) en aansluitend bijna twee weken ziek (niet zo heerlidepeerli), ben ik er weer.
Eerst maar een fotoimpressie van die week in Zuid Frankrijk, want op een impressie van ziek-op-de-bank zit niemand te wachten.
Luilak
in de nacht van vrijdag op zaterdag schrok ik om 4.00 uur wakker door een enorm geluid van wel 1000 motoren. Eerst dacht ik dat het oorlog was, maar toen ik uit het raam keek, zag ik de eindeloze stoet motorgeweld langstrekken. Ze reden niet eens knoerthard, maar ze maakten kabaal voor 10. En toen het allang weer vredig en stil was geworden, lag ik nog in bed te shaken en was nog zeker een uur klaarwakker.
Wel leuke kattenfilmpjes bekeken in die tijd. Volgend jaar weer…..
Nieuwe plannen
De laatste theeles was afgelopen vrijdag en het bezoek aan de Lakenhal is ook achter de rug. Ik heb enorm genoten van de twee heel verschillende, maar beide interessante cursussen. In het najaar is er vast wel weer wat te kiezen als vervolg.
Gelukkig val ik niet in een zwart gat. Naast diverse uitstapjes met vrienden en bekenden ga ik beginnen als vrijwilliger bij Onze Taal. Er start een nieuw project met 10 vrijwilligers, die de rol van taaladviseur op zich nemen. Vorige week maandag was de eerste bijeenkomst om kennis te maken met de medewerkers en met de andere vrijwilligers. Het idee is dat de betaalde taaladviseurs (mooie woordcombinatie) meer tijd krijgen voor andere taken, doordat de vrijwillige taaladviseurs een deel van hun werkzaamheden overnemen. Wij gaan vragen over taal beantwoorden via telefoon, mail en WhatsApp. Het lijkt een beetje op voorlichter bij de Hartstichting, maar dan met een heel ander soort vragen.
Hoewel ik altijd in mijn werk met begrijpelijke taal, schrijven en voorlichting bezig ben geweest, heb ik geen taalkundige opleiding. Maar niet getreurd, ik ga het vast allemaal wel leren en (heel belangrijk) er staan allerlei naslagwerken tot mijn beschikking. Bovendien kijkt er voorlopig nog een extra paar ogen mee voordat mijn adviezen de wijde wereld ingaan. Ik heb er zin in!
Theeceremonie
Zoals lang geleden beloofd een verslag van het bezoek aan theehuis Moychay in Amsterdam. In het kader van de theecursus togen we naar Amsterdam. Iedereen had zich er enorm op verheugd getuige de zin die onze juf tot wanhoop dreef: “Vandaag het hoogtepunt van de cursus.” De juf vond dit minder aardig, omdat het de enige les is, die zij niet zelf gaf. Gelukkig voor haar bleek het zeker niet het hoogtepunt van de cursus. De ambiance was weliswaar erg leuk, maar de uitvoering liet iets te wensen over.
We zaten achterin de theewinkel in een kringetje rondom een gasbrander met een glazen theepot. Na een uur zagen we belletjes in het water verschijnen: de zogenoemde krabbenoogjes. Snel gooide de theemevrouw er koud water bij en de belletjes verdwenen weer. Na een poosje was het water weer zo warm dat de oogjes terugkeerden. En nog iets later werden het vissenogen (die zijn groter dan krabbenogen). De theemevrouw roerde verheugd in het water met een bamboetang. Wij keken ademloos toe. Toen het water bijna kookte, gooide zij de thee (van een Nederlandse theeplantage) erbij en moest het geheel nog even trekken. Iedereen kreeg een kopje en het was best lekkere thee.
Hierna werd een groepsfoto gemaakt en kregen we de hele rimram nog eens te zien inclusief alle ogen. Deze keer ging er andere thee in de pot en kregen we daar nog een kopje van. Al met al duurde het erg lang en had ik mij bij een theeceremonie iets meer ceremonie voorgesteld. Ik weet ook niet precies hoe, misschien iets met kimono’s en toverspreuken of zo.
Ik heb na afloop wel een theesteen gekocht. Dat is geperste thee waar je een stukje af kunt breken om thee van te zetten. Terugkijkend was het uiteindelijk best een geslaagd uitje, maar zeker niet het hoogtepunt van de cursus.
HOVO voor gevorderden
Terwijl de theecursus gezellig doorsuddert en de nierbandman goed naar ons heeft geluisterd (hij draagt zijn band tegenwoordig onder zijn trui en is bovendien niet meer zo enorm aanwezig), zijn zus en ik aan onze tweede HOVO-cursus van dit jaar begonnen. Het is heel anders, want waar de theecursus heel informeel is, wij de hele les door thee mogen proeven en mooie theepotjes, theelepels en theetabletten kunnen bewonderen, is deze cursus twee uur lang stilzitten en naar de docenten luisteren. Het onderwerp is Leidens Beleg en Ontzet (1573-1574) en het is adembenemend interessant en teleurstellend tegelijk. Als geboren en getogen Leienaar ben ik opgevoed met 3 oktober. Elk jaar een groot feest waarin het Ontzet van Leiden heftig wordt herdacht en gevierd. Welke Leienaar heeft niet meegelopen in de Taptoe op 2 oktober en in de Optocht op 3 oktober, meegezongen met de koraalmuziek ’s ochtends vroeg, in de rij gestaan voor gratis haring en wittebrood en op de kermis misselijk geworden van banaan-met-slagroom? Vanaf de lagere school alle geschiedenisfeiten geïndoctrineerd gekregen: hoera voor de Watergeuzen en voor die dappere burgemeester Van der Werff. Ik zei het al: uitermate teleurstellend deze colleges: één voor één worden alle 3 oktobermythes om zeep geholpen. Geen hongersnood, geen haring en wittebrood, geen zielig weesjongetje dat bij Lammenschans een kookpot vol hutspot vond en burgemeester Van der Werff heeft ook helemaal niet aangeboden dat de Leidenaren zijn lichaam dan maar moesten opeten. Integendeel: hij wilde de stad overleveren aan de Spanjaarden.
Ondanks deze les omgaan met teleurstellingen is het een leuke serie. Twee docenten die goed kunnen vertellen (dat is een soort aangeboren eigenschap bij geschiedenisdocenten) en we zitten weer in het prachtige, oude gebouw Gravensteen naast de Pieterskerk. Wel weer een klein minpuntje: de vervelende mevrouw van een paar cursussen geleden is er ook weer. Gelukkig heeft zij weinig geschiedenisexperts in haar familie en is ze dus iets beter te handelen deze keer. Ze komt nog wel altijd met veel misbaar te laat. En ik hoop dat zij in een andere groep zit als we op de laatste dag naar de Lakenhal gaan.
Thee
Afgelopen vrijdag begon mijn eerste HOVO-cursus van het jaar. Samen met zus F en vriendin Q had ik mij aangemeld bij een cursus over Chinese thee. Toen vorige week de deelnemerslijst binnenkwam, zag ik dat ook vriend H zich had aangemeld. Best logisch, want hij is China- en theefan. Op de lijst zag ik ook nog een 2e Hermien en dat is best bijzonder, want zo vaak kom ik geen naamgenoten tegen.
Het was weer een feest van grijze dakduiven. Niet verwonderlijk, want bedoeld voor ouderen (boven de 50, maar in de praktijk vooral boven de 70). De naamgenote bleek in de Middeleeuwen biologie gestudeerd te hebben en had nog college gelopen bij mijn vader. Dat was wel heel grappig, want we waren nooit eerder mensen tegengekomen die hem hadden gekend. Nou ja, niet in HOVO-kringen in Leiden om precies te zijn.
De theeles was heel erg leuk. Zelf hou ik eigenlijk niet echt van thee behalve als ik ziek ben, maar dat gaf niet. Mijn persoonlijke doel van deze cursus is om uit te vinden of ik Chinese thee misschien wel lekker vind. De cursus bestaat uit twee componenten: theorie over het hele theeproces van pluk tot theekopje en het proeven van diverse soorten. De docente doet het ontzettend leuk. Heel relaxt en alles is goed wat je doet en wat je lekker of vies vindt. Ze hoopt alleen wel dat we na de cursus ook soort en kwaliteit kunnen onderscheiden.
Helaas zit er natuurlijk ook weer een betweter in de groep. Getooid met een grote nierband over zijn overhemd (wandelende nier? gevaarlijke motorrijder? aansteller?) wist hij in twee uur tijd 50 vragen te stellen allemaal bedoeld om zijn kennis te etaleren. Zo jammer!
Madame de Berry
Vorige week bezochten wij een wel heel bijzonder huis in Delft: het huis van Madame de Berry. Het is in een woord een belevenis. Cadeautje van mij voor de man die alles al heeft en een paar weken geleden jarig was.
Madame de Berry is het alter ego van Berry Visser, onder andere de oprichter van Mojo Concerts. Het verborgen huis van Madame de Berry is één groot sprookje. Het huis heeft veel salons, die allemaal propvol staan met beelden, lampen, bloemen, tientallen stoelen, decoraties, poppen, konijnen en vooral kleur.
Er is steeds plaats voor vier personen, die met een koptelefoon en een jonge gids-gastheer door het pand worden geleid. In elke salon ga je zitten op een oude stoel of bank en vertelt een stem een stukje van het sprookje. De hele tour duurt exact 50 minuten en dat is veel te kort om alles goed te zien.
In de keuken kregen we een drankje en in de slaapkamer zagen wij Madame zelf met haar drie katten. Omdat het te magisch is om na te vertellen, adviseer ik een bezoek van harte aan. Het huis is alleen in het weekeind te boeken.
Foto’s maken mocht alleen in de ontvangstruimte, waar we verwelkomd werden door de butler. Het geeft wel alvast een idee van de inrichting.
Het Blauwe Podium
Hoewel het al een aantal jaren bestaat, hoorden wij er pas in de zomer van 2023 voor het eerst over: Het Blauwe Podium van Guus Westdorp. Zoals hij zelf zegt, is het een eenvoudig concept: een podium, een piano (of keyboard of vleugel) en mensen die een liedje willen zingen.
Op onze jaarlijkse straatborrel was Het Blauwe Podium aanwezig en Pieter is altijd in voor het zingen van een liedje. Het was leuk om ook andere straatgenoten in actie te zien en het verhoogde de sfeer van onze toch altijd al gezellige straatborrel.
Daarna bleek dat Guus elke maand een Blauw Podium in de bibliotheek heeft. Ook daar moest Pieter een keer bij zijn. En nog een keer. En afgelopen zaterdag voor de derde keer. Ik vond het tijd geworden om maar eens mee te gaan en zo zat ik afgelopen zaterdag te kijken en te luisteren naar optreden van zo’n 17 verschillende zangers/zangeressen.
Het niveau wisselde, want je hoeft niet per se goed te kunnen zingen om mee te doen. Ook het genre liedjes wisselde en dat was heel leuk. Het ging van chanson via klassiek (prachtig liedje van Schubert) naar opera (Verdi, mijn lievelingscomponist als het over opera gaat). Wat heel mooi en ontroerend was, was een liedje vertolkt door twee zusjes. De ene zong het en de ander voerde het lied uitin gebarentaal. Heel bijzonder.
Het Blauwe Podium is dus elke maand een keer in de bibliotheek van Delft op zaterdag van 14 uur tot 16 uur, maar ook in andere plaatsen timmert Guus aan de weg. Heb je de kans een keer te gaan luisteren, zeker doen! En als je van zingen houdt, doe een keer mee.
Het Fotomuseum
Vorige maand bezocht ik samen met oud-collega R het Fotomuseum in Den Haag. Ik was daar nog nooit geweest en dat is wel verbazingwekkend, want het is naast een van mijn lievelingsmusea (het Kunstmuseum, voorheen het Gemeentemuseum) gelegen.
Na een kopje koffie-met-bijpraatje gingen we het museum in. Wat een bof! Er waren twee prachtige tentoonstellingen. De eerste was van Tai Shani. Ik vond de hele expositie totaal onbegrijpelijk. Maar wel heel erg indrukwekkend. Volgens het begeleidend schrijven is zij geïnspireerd door Mondriaan en Klimt, maar ook dat ontging mij helemaal. Nu ik er thuis over nadenk zullen de golven en de bollen wel via Klimt komen en de primaire kleuren via Mondriaan. Er waren dus veel repeterende thema’s, namelijk grote bollen, golven en primaire kleuren. In de eerste zaal hingen tekeningen in die thema’s en in de tweede zaal stonden installaties op grote tapijten met dezelfde thema’s. Bovendien kwamen er hier wat lugubere zaken bij zoals een vaas met een mensenhoofd, een zwarte kat en glazen sarcofagen met onduidelijke inhoud. Het is zo moeilijk om kunst uit te leggen. Je moet het gewoon ondergaan. R en ik waren er een beetje stil van in elk geval. Misschien ook gek gemaakt door de psychedelische muziek die het geheel begeleidde, wie zal het zeggen. Om een betere indruk te krijgen kan je beter even hier lezen. Dat heb ik zelf ook gedaan en ik begrijp nu dat ik het allemaal niet begrepen had toen ik er was.
Om kunst beter uit te leggen (en misschien ook om aan mijn begrip te werken) zou ik mijn project kunstgeschiedenis studeren moeten starten, maar daar heb ik momenteel nog geen zin in. Ooit volgde ik in Frankrijk een college in dat vak en dat was superleuk en interessant. Op die manier heb ik de futuristen leren kennen en appreciëren. Nog zo veel te doen!
De tweede tentoonstelling die we bekeken was van Rob Hornstra en heet Ordinary people. Het isceen onderdeel van een heel concreet project, namelijk het dagelijks leven in Europa vastleggen. Hier zal hij, in samenwerking met schrijver Arnold van Bruggen, tot 2030 aan werken. De foto’s zijn op groot formaat afgedrukt, meestal in kleur en op veel foto’s zijn mensen afgebeeld. Logisch als je het dagelijks leven wilt vastleggen. Hierdoor lijkt het bijna alsof je zelf onderdeel wordt van dat leven, zelfs al staat het ver van je af zoals bijvoorbeeld een foto van een slager met bebloede kleren en een groot mes in zijn hand.
Deze tentoonstelling is nog te bekijken, die van Tai niet meer. Over de andere twee tentoonstellingen (foto’s van ontvangstruimtes van organisaties in Brussel die invloed willen uitoefenen op de Green Deal – een lobby van de lobby dus eigenlijk – en foto’s gemaakt door Lucebert) waren we minder enthousiast. Dus die laat ik hier ook buiten beschouwing.