Zussen en zo

Vorige week was de 101e geboortedag van onze moeder. En hoewel zij – zoals de zoon van vriendin L zo treffend zei over zijn oma – “als ze nog leefde, nu wel dood zou zijn”, besloten zus F en ik dat het wel mooi zou zijn om onze maandelijkse zussendag op deze dag in Leiden (de stad van onze jeugd) door te brengen.

Zo gezegd zo gedaan en we begonnen de dag in de Bruine Boon met koffie en een carrot cake. Daarna startten we met de Singelparkwandeling. Er was prachtig weer voorspeld, maar de werkelijkheid was vrij mistig. Niet getreurd, tijdens de wandeling zou het wel opklaren. Dat deed het ook, rond 16 uur.

Leiden is een prachtige stad en een belangrijk onderdeel daarvan zijn de singels. Vrijwel helemaal rondom het centrum liggen de diverse singels met nog her en der een oude stadspoort. Sinds een paar jaar kun je door het aangelegde stadspark (bijna) helemaal rondom wandelen. Op een paar plekken lukt dat niet, omdat er nog gebouwd wordt, maar dat mocht de pret niet drukken. Ruimtelijk uitgedaagd als wij allebei zijn, verbaasden we ons wel af en toe “Oh, zijn we hier?” “Hé, we zijn vlakbij huis” (nou ja, 40 jaar geleden het huis van onze ouders). We liepen door het Plantsoen langs de volière waar ik als peuter langs werd gereden in mijn wandelwagentje tijdens de zondagse wandeling. De volière was er nog steeds. Uiteindelijk gingen we lunchen bij Pardoeza in de Doezastraat. Dat heet al 40 jaar geen Pardoeza meer, maar omdat wij nooit kunnen onthouden of het nu De Vriend heet of De Belastingen, zeggen we gewoon Pardoeza.

Na de lunch vervolgden wij onze weg langs de Hortus botanicus. Daar kwam ons op de fiets de vroegere hortulanus Carla Teune (klik op de link en scroll even naar beneden) tegemoet. Zij werkte al in de hortus toen zus F daar in de jaren 70 stage liep en nu werkt zij (Carla dus) er nog steeds, maar dan als pensionada en nog maar halve dagen, want zij is al op leeftijd. Leuk even met haar gepraat en later bedacht ik pas dat zij vroeger altijd in de vakanties op onze hond paste. Dat hebben we dus niet gememoreerd, maar het ging ook over de periode dat ik al niet meer thuis woonde.

Na deze ontmoeting verlieten we de route. De mevrouw van het VVV had ons namelijk geadviseerd even langs de Langebrug te gaan en een kort bezoekje aan de Young Rembrandt Studio te brengen. Op die plek kreeg Rembrandt voor het eerst schilderles van Jacob van Swanenburgh en je kon er een korte, knapgemaakte film bekijken over die periode. Na afloop kochten wij souvenirs voor onze mannen (sokken voor zwager J en een tas met de Pieterskerk erop voor huisgenoot P).

Het laatste stukje route lieten wij voor wat het is en zo eindigde de laatste zussendag van 2024. Ja ja, want vanaf november gaan we weer twee keer per week HOVO-en en er zijn grenzen aan ons familieziekzijn.

Treurwilg

Tussen de buien door liep ik Emie’s bruggenloopje (van de Koepoortbrug via de Plantagebrug naar de Trambrug en aan de overkant van het Rijn-Schiekanaal weer terug). Tot mijn schrik zag ik dat mijn geliefde treurwilg nu echt overleden was. Een paar stormen terug was er al een dikke, overhetwaterhangende tak afgebroken. Jammer voor de jeugd, die er zomers graag aan mocht schommelen en zich dan luid schreeuwend en lachend in het water liet plonzen.

Ik hoop dat er weer een nieuwe treurwilg voor in de plaats komt, maar vrees eigenlijk van niet. Er staat maar één andere treurwilg langs het kanaal, dus kennelijk is het niet zo’n gewilde boom bij de plantsoenendienst. Even afwachten maar.

Weekeind Nijmegen

Vorige week hadden we een familiedag op zondag ergens in een jachtslot op de Mookerhei. De dag ervoor reisden we alvast naar Nijmegen en bezochten daar het Velorama oftewel Fietsmuseum. Een enorme verzameling oude fietsen! Erg leuk om te zien, maar ook erg stoffig (tip: koop een stofzuiger en laat de vrijwilliger die aan de kassa zat te dutten, eens lekker de handen uit de mouwen steken). Gelukkig was het prachtig weer en konden we het stof er weer uitlopen langs de Waal.

’s Avonds hadden we een tafeltje gereserveerd in Bistro Berlin. Daar bleek Ron Blaauw mede-eigenaar te zijn en dat was een beetje jammer. Ron ziet zijn gasten namelijk vooral als een dikke portemonnee. Alle tafeltjes waren dan ook dubbel geboekt en de verschillende gangen werden er met een noodgang doorheen gejaagd. Zo snel, dat we zelfs het eerste glas van het wijnarrangement hebben overgeslagen, omdat we nog aan het aperitief zaten bij gang 1. Maar: het was wel heel erg lekker eten, dus dat hield ons op de been.

De volgende dag per fiets naar de Mookerhei. Eerst gewandeld met een eliteclubje (de meeste ooms en tantes en neven en nichten sliepen lekker uit of kwamen van ver). Wat is de omgeving van Nijmegen toch mooi! We hadden er een paar jaar geleden al eens een week gewandeld en herkenden de uitzichttoren 😀

Na de wandeling was er een high tea, waar gelukkig een redelijk omvangrijke groep familie aanschoof. Superleuk om weer eens bij te praten met deze en gene en om de jongste aanwinst van de famile te aanschouwen. Pas 8 maanden is hij en hij leek het allemaal heel gezellig te vinden. Net als wij.