Het is pas een week bezig en ik heb al een klein beetje spijt van mijn opgetogen woorden aan de start van het Project Plafond. Ik was even vergeten hoe stoffig zo’n verbouwing is, hoe moedeloosmakend al het vergeefse stofzuigen en dweilen, hoe onvrij je bent (of je je voelt) in je eigen huis, hoe hard de radio aanstaat de hele dag en de enorme hoeveelheden koffie-met-stroopwafels die je moet aanslepen.
Maar gelukkig breekt het voorjaar nu echt door en is er buiten veel moois te zien. Inclusief mijn loftrompetjes die opeens toch nog allemaal de grond uitschoten!
Lekker twee dagen ingepakt. Dat ging best langzaam, langzamer dan ik had gedacht in elk geval. Maar het is gelukt, kasten zijn leeg en de dozen gevuld. Morgen nog wat laatste dingetjes regelen en pakken en dan komt dinsdag de verhuizer (als alles goed is) om de spullen op te halen.
Ouranos raakte helemaal ontregeld en vond een fijn plekje om te gaan liggen: in de stoel met de poef er ondersteboven opgezet als afdakje 😀
En zelf stukgekrabd…
Anders dan bij eerdere verbouwingen begaf de stofzuiger het deze keer al voor het begin. Morgen dus maar snel een nieuwe kopen en hopen dat hij iets langer meegaat. Ik weet niet hoe dat komt, maar ik verslijt stofzuigers nog sneller dan schoenen.
Na een onstuimig en culinair paasweekend brak de gewone werkweek weer aan. Mijn lunchwandeling leidde langs de Oostpoort waar ik de restschade (denk ik) van het herfstweer aanschouwde. Er blijkt nog een nijlgans in de boom te broeden. Daarom blijven de resten voorlopig zo staan.
Thuis had ik net de aankomst van de verhuisdozen gemist. Maar daar kan ik nog een hele week van genieten. Volgende week dinsdag komt de verhuizer om de boel weg te halen en op te slaan. We gaan onze laatste grote(re) verbouwing aan. De woonkamer krijgt een nieuw plafond en de parketvloer een schuurbeurt. En dan is na 29 jaar eindelijk alles helemaal zoals wij het willen. Tijd om naar iets nieuws om te zien? 😀
De dagen lijken allemaal op elkaar. Werken, wandelen, eten en slapen. Verder een beetje lezen, een spelletje doen of een handwerkje. Het hoogtepunt van de afgelopen week was mijn ochtend op kantoor. Hoe saai is je leven dan?
Gelukkig kwamen de cadeaus ook weer binnenstromen, deze keer voor Pieter: gekleurde bollen met zaden (?????) van de TU en taartjes van de studenten. Mijn loftrompetjes zijn weliswaar min of meer opgekomen, maar echt uitbundig zijn ze (nog) niet. Misschien gaan Pieters bloemetjes het beter doen. Daar lijkt mij weinig voor nodig.
Bij een van de wandelingen langs de Schie werd ik gelukkig weer een beetje vrolijk. Ik zag achtereenvolgens zo’n mooi groot containerschip waarop staat dat het 16 vrachtwagens zijn, een grappig bankje en een truttig perkje. Saaiheid is in the eye of the beholder.
Dankzij mijn totale gebrek aan richtingsgevoel en stedelijk inzicht heeft het bijna een jaar hysterisch wandelen geduurd voordat ik doorhad dat dat ene beeld dat steeds ergens anders opdoemde dan waar ik dacht dat het stond, niet één beeld was, maar vier beelden. Het heet “Vier Windstreken”, dus dat is best logisch.
Ik ondernam een tocht om ze alle vier op de foto te zetten, maar helaas kwam ik niet verder dan drie beelden. Het vierde bleef onvindbaar.
Drie beelden: bij de Oostpoort, op de Nieuwe Plantage en in de Schoolstraat.
Gelukkig bracht Google uitkomst. Het waren inderdaad ooit vier beelden, gemaakt door Hans la Hey en in 1998 geplaatst op lokatie waar vroeger vier stadspoorten hadden gestaan. Een daarvan, de Oostpoort, bestaat nog steeds. De andere lokatie zijn de Nieuwe Plantage en de Schoolstraat. Het vierde beeld, aan de Zuidwal, is verdwenen. Ik heb niet kunnen achterhalen hoe of wat. Vermoedelijk heeft het met de bebouwing aan de Ezelsveldlaan te maken, maar zeker weet ik dat niet.
Het verhaal achter de beelden kende ik ook nog niet. Ik citeer van de website Kunstwandeling van Geert de Vries:
“Er schijnt een verhaal te zijn dat Willem van Oranje op 10 juli 1584 niet vermoord zou zijn door Balthasar Gerards, maar een natuurlijke dood was gestorven. De 27-jarige Fransman, geboren in Vuillafans, zou dan ook ten onrechte na vier dagen gruwelijke martelingen zijn geëxecuteerd. Dit gebeurde door vierendelen met trekpaarden. De verschillende ledematen werden hierna op de toegangspoorten van Delft ‘tentoongesteld’. Reden genoeg voor La Hey om vier beelden te ontwerpen als ‘eerbetoon’ aan Gerards; ze zijn zo geplaatst dat de Markt het middelpunt vormt. De beelden geven de vier dimensies van ruimte weer, namelijk lengte, breedte, hoogte en diepte.”
Poseren doen ze niet, maar het lukte me toch om een redelijke foto te maken. Echt vlak voordat ze met grote klapwieken wegvlogen. Vast en zeker op weg om ergens een baby af te leveren.
Alweer een cadeautje van mijn werkgever 😀. En ze hebben zichzelf overtroffen dit keer. Geen loftrompetjes die nog steeds niet meer dan een klein groen puntje laten zien, geen badmutsen, zelfs geen bos tulpen. Nee, deze keer is het echt superleuk. Leuker zelfs dan het kerstgeschenk (een JBL boxje).
Maar wat is de reden dat we alweer een cadeautje kregen? Ik zie het als een goedmaakgeschenk. Vanaf maandag gaan we met MS Teams werken. En het notitieboekje is bedoeld om je vragen in te noteren 🤣🤣. Need I say more? Ik zet de rustgevende muziek maar vast op.
Na mijn vorige blogje bedacht ik in een conversatie met vriendin N dat ik al belachelijk veel schrijfcursussen heb gevolgd in mijn leven. Zelfs in Frankrijk ambieerde ik het schrijverschap. Daar volgde ik een semester lang de lessen van madame B waarin ik creatief hoopte te leren schrijven. Hier staat de eerste les beschreven. Het werd niet echt beter.
Inmiddels was ik helemaal vergeten waar die B voor stond. Ik zie haar nog voor mij en kan ook haar stem nog horen, maar haar naam? Na een lange speurtocht op internet en doordat ik mij uiteindelijk haar voornaam, Marie-Laure, weer herinnerde, vond ik haar naam terug. Jammer genoeg is de hele Cercle d’écriture onvindbaar, dus ik denk dat dat uiteindelijk toch een fiasco is gebleken. Zoiets als mijn aspiraties om een roman te gaan schrijven. Hoewel, dat kan nog komen. Moed verloren al verloren. En een weblog is best een mooi oefenterrein.
Afgelopen weekeind las ik een boek met deze titel. Het gaat over negen mensen die een schrijfcursus volgen bij een gerenommeerde schrijver. De schrijver woont op zijn eigen, verder onbewoonde, eiland. Mobiele telefoons en laptops zijn streng verboden, want zij staan de concentratie in de weg. Eens per week komt er een bootje langs met boodschappen. De cursisten worden afgezet door de schipper en over een week komt hij hen weer ophalen. tot zo ver de sfeertekening.
Het deed mij denken aan een ervaring die ik in een ver verleden had. Ik volgde een tweejarige opleiding op het toen vrij nieuwe gebied van de patiëntenvoorlichting. Mijn vrijwilligerswerk in het Patiënten Informatiecentrum in het Erasmus MC wilde ik graag omzetten in betaald werk. Een opleiding zou mijn kansen daarop vast vergroten, dacht ik. Dus ik schreef mij in voor het eerste jaar bij de Hogeschool Rotterdam. Elke twee weken was er een lesavond en drie keer per jaar een midweek – van maandag tot vrijdag dus – op een Sporthuis Centrum terrein. Daar zouden we dan een verdiepingsslag maken of zoiets… Ik had kunnen weten dat dat niet echt mijn ding zou zijn. We moesten de hele tijd samenwerken, de medecursisten waren vrij verschrikkelijk, we moesten zelf voor ons eten en drinken zorgen en de docent was volstrekt incapabel. Op dag twee wilde ik al weg. Ik sliep in een huisje met de enige leuke andere cursist Hetty. Wij besloten dat we even weg moesten om in de dichtstbijzijnde stad koffie te drinken. Dat was geen sinecure, want we moesten de portier bedreigen voordat hij de slagboom van het terrein voor ons omhoog wilde doen. “Het is niet de bedoeling dat jullie het terrein verlaten, dames!” riep hij ons nog na. Des te lekkerder smaakte de koffie.
Op woensdag arriveerde het hele gezin van de docent. Zij bleven na ons vertrek op vrijdagochtend nog tot zondag. Opeen begreep ik waarom wij niet in een hotel met eten waren ondergebracht. Daar is het veel lastiger om je hele gezin naar binnen te smokkelen.
Ik ben na een jaar gestopt met de opleiding. Inmiddels had ik een baan in de patiëntenvoorlichting en daar leerde ik in de praktijk uiteindelijk veel meer dan op een Sporthuis Centrumterrein.
Maar nu – 30 jaar later – besef ik pas dat ik er goed vanaf gekomen ben. Op het onbewoonde eiland van de schrijver werd een voor een bijna iedereen vermoord.